Architectuur van de Witte Toren
De Witte Toren, een symbool van de macht van de Noormannen, is een van de grootste vestingen in het Christendom. Het imposante gebouw, waarvan wordt aangenomen dat het is geïnspireerd op het 11e-eeuwse Château d'Ivry-la-Bataille, bood ooit onderdak aan de Engelse vorst.
Architectonisch vertoont de toren een mix van Normandische en latere toevoegingen. Hoektorens, vierkant in het westen en rond in het noordoosten, zorgen voor een sterke verdediging. De zuidoostelijke hoek heeft een prominente halfronde uitsprong, waar de apsis van de kapel in is ondergebracht. Het oorspronkelijke bouwwerk meet 36 bij 32 meter aan de basis en is 27 meter hoog. Het bestaat uit drie verdiepingen. Het voorgebouw dat in de 12e eeuw werd toegevoegd, bestaat niet meer.
De buitenkant van de toren, die voornamelijk is gebouwd van Kentish voddensteen en plaatselijke moddersteen, had ooit een gevel van Caen-steen, die grotendeels werd vervangen door Portland-steen tijdens 17e- en 18e-eeuwse renovaties door architect Inigo Jones. Binnen was elke verdieping verdeeld in drie kamers: een grote zaal in het westen, een kleinere zaal in het noordoosten en de Johanneskapel in het zuidoosten.
De begane grond, oorspronkelijk een onderhuis voor opslag, onderging aanzienlijke verbouwingen in de 18e eeuw. Op de eerste verdieping bevonden zich de grote zaal en een woonvertrek, terwijl de bovenste verdieping, die in de 15e eeuw werd toegevoegd, extra ruimte bood en het huidige dak ondersteunde. Aanpassingen in de 17e eeuw waren onder andere de installatie van loden waterreservoirs bovenop de structuur.
Binnen in de Tower of London